Klimaat- en Duurzaamheidsbeleid: een drieluik

Het Panel voor Klimaat en Duurzaamheid verzamelde een pak concrete en wetenschappelijk onderbouwde ingrediënten voor een echt en effectief klimaat- en duurzaamheidsbeleid. Het is echter belangrijk te beseffen dat dit alles allesbehalve exhaustief is, noch finaal. De wetenschappers die zich rond dit initiatief verzamelden, hebben net grote inspanningen gedaan om te focussen en te selecteren, om de echt prioritaire en noodzakelijkste voorstellen onder de aandacht van onze beleidsverantwoordelijken te brengen. Bovendien onderlijnen de wetenschappers dat er nog veel meer geïnvesteerd moet worden in onderzoek, experimentele innovatie en dataverzameling om de feiten, problemen en oplossingen te kennen van duurzame ontwikkeling, klimaatmitigatie en -adaptatie.   

Een rationeel en efficiënt klimaatbeleid moet uitgaan van een sense of urgency en een transversale systemische shift. Partieel en traag maatregelenbeleid zal de minimale doelstellingen om een onomkeerbare systeemomslag te vermijden niet halen.

Een effectief klimaatbeleid, dat minstens de doelstellingen haalt die in Parijs in 2015 afgesproken werden, is noodzakelijk deel van een breder duurzaamheidsbeleid. De klimaatcrisis is immers tegelijk een urgente uitdrukking van én een steeds belangrijkere aanjager van een bredere systeemcrisis die de biodiversiteit en de ecologische grondslagen van de menselijke beschaving bedreigt.

Daarom blijkt uit de opsomming van ingrediënten voor een klimaat- en duurzaamheidsbeleid hierna dat ook op die bredere, ecosystemische aspecten gehandeld moet worden om de meest urgente uitdaging – de klimaatverandering – effectief te kunnen aanpakken. Wij werken vanuit het inzicht dat klimaatbeleid allang niet meer beperkt kan worden tot natuurbeleid of zelfs tot een “uitstootbeleid”, maar noodzakelijk ook zaken als ruimtelijke ordening, productie- en consumptiepatronen, sociale rechtvaardigheid, een goed gericht innovatiebeleid en beter, participatiever beleid en bestuur moet integreren. Tegelijk is ook duidelijk dat goed beleid vandaag op termijn de groeiende inefficiëntie van het huidige model vermijdt en vervangt door onder andere nieuwe banen en nieuwe economische kansen.

De uitdaging om de klimaatcrisis effectief aan te pakken is groot, omvattend én urgent. De rapporten van onder andere IPCC onderbouwen dat met de best mogelijke wetenschappelijke inzichten. Daaruit blijkt ook dat kleine stapjes die los van elkaar gezet worden ongetwijfeld beter zijn dan business as usual, maar ook dat ze onvoldoende zijn om de systeemcrisis te beantwoorden.  Dit rapport van het Panel voor Klimaat en Duurzaamheid gaat daarom uit van een samenhangend en ambitieus beleid dat onmiddellijk aangevat moet worden. De onderhandelingen voor de verschillende regeringen in ons land die na 26 mei aangevat worden, vormen de perfecte mogelijkheid om deze aanbevelingen op korte termijn in beleid te verankeren en te realiseren.

Een rationeel klimaatbeleid moet kaderen in een globaal vernieuwd ecosystemisch inzicht en beleid.

Klimaat- en duurzaamheidsbeleid baseert zich op onderzoek naar planetaire grenzen die de ruimte aangeven waarbinnen de mensheid zich op een veilige wijze kan ontwikkelen. Deze planetaire grenzen hebben betrekking op de hulpbronnen die het land, de oceanen, de biosfeer en de atmosfeer ons bieden. En ze gaan uit van een gebruik van hulpbronnen dat iedereen op aarde minstens een bescheiden welvaart en menselijke waardigheid biedt. De duurzame ontwikkelingsdoelen (sdg’s) die binnen de VN afgesproken werden in 2015 zijn richtinggevend en moeten in concreet en coherent beleid omgezet worden.

Een vernieuwd ecosystemisch inzicht zorgt er ook voor dat zowel economisch als sociaal-demografisch beleid vertrekt van de vaststelling dat de menselijke beschaving deel uitmaakt van het ruimere natuurlijke systeem, en die natuur dan ook in al haar activiteiten en ontwikkelingen integreert en ruimte biedt. Een hersteld evenwicht biedt tegelijk perspectief op een effectief klimaatbeleid.

Om een maatschappelijk draagvlak te creëren voor zo’n omslag is zowel een mobilisatie nodig van de instrumenten van samenlevingsopbouw (met daarbij bewustmaking) als een efficiënter herverdelend beleid.

Klimaat- en duurzaamheidsbeleid is noodzakelijk ambitieus en vraagt een systeemverandering. Om een dergelijke omslag op korte termijn op een democratische manier te kunnen maken, is er nood aan een ruim draagvlak binnen diverse sectoren van de samenleving, maar ook aan vernieuwende vormen van politieke besluitvorming en beleidsvoering.

De overheden hebben hierin een sleutelverantwoordelijkheid, maar dat betekent niet dat de politieke meerderheid eenzijdig en van bovenaf beslissingen moet opleggen. Burgers en middenveld hebben recht op meer en goed onderbouwde informatie, maar ook op voortdurende betrokkenheid bij het formuleren van beleidsvoorstellen en het maken van beleidskeuzes.

Een van de fundamentele voorwaarden om de transitie naar een klimaatbestendige en duurzame samenleving te kunnen maken en dat vol te houden, is dat die transitie rechtvaardig is. In de context van reeds sterk toegenomen ongelijkheid is het onaanvaardbaar dat de lasten van de transitie op de schouders gelegd worden van wie al kwetsbaar is en veel minder verantwoordelijk is voor de huidige systeemcrisis. Transitiemaatregelen moeten net een kans zijn om ongelijkheden te remediëren, waardoor ook duidelijk kan worden dat een echt klimaat- en duurzaamheidsbeleid perspectief biedt op een betere wereld voor iedereen, waar meer ruimte is voor sociale samenhang, menselijke beleving en ecologisch evenwicht.